zandblad

Inmiddels is er al aardig wat zandblad droog. Zoals ik hier al schreef, is dat iets anders dan gerijpt, maar de echte rijping gaan we nu plaats laten vinden door middel van fermentatie. In bovenstaande link werd er een spoedfermentatie beschreven, het zogenaamde ‘roosteren’, maar voor deze sessie gaan we de tijd nemen.  Tot die tijd kopen we nog even tabak ;-(

Nodig voor de behuizing van de tabak:

* een koekjestrommel van metaal (of ander materiaal dat geleid).
* tafellaken of kaasdoek
* vier vleugelmoeren en bijbehorende schroeven
* een plaatje triplex
* een warmtematje (10 Watt)

Om de tabak voor te bereiden: 

* suikerwater
* alcohol met smaak (ik koos voor Koffiekaat van 14,5 %)

Alles start met de melange. Omdat ik heel erg slecht ben in etiketteren, betekent dat in mijn geval een hopeloze zaak. Ik donder dus maar alles dat droog is bij elkaar en heb als het goed is een melange met onder anderen Burley, Virgina en Rustica. Als ik pech heb erg veel Rustica, want die bleek het erg goed te doen in de tuin.

Een echte professional zou ook wachten tot de bladeren elkaar afwisselen: zandbladen, middenblad en top. In mijn geval alleen maar zandblad dus. Omdat ik het op de eerste plaats als een experiment zie en het waarschijnlijk toch wel oprook ;-

Als je de tabak mengt met het suikerwater (ik koos voor drie scheppen op een halve liter, maar dat is erg weinig) en daarna met de alcohol, dan krijg je iets dat er uitziet als op bovenstaande foto. Dat lijkt al een beetje op tabak hé? Zo ruikt het ook. Je bespeurt bij het droge blad al een lichte shag geur. Vervolgens komt er een triplexplaatje boven op.  En krijg je dus zoiets:

3

 

De moeren worden aangedraaid. Zo strak mogelijk, zodat er later -over een maand of drie een ‘flake’ ontstaat. Een flake is een geperste rol tabak, die vooral door pijprokers wordt gebruikt. Je snijdt er stukjes vanaf. Nadat dat gedaan is, (let op; er had duidelijk meer in gekund!) ziet het eindresultaat er ongeveer zo uit:

 

1

 

Zoals je ziet staat de koekjestrommel -duidelijk geëtiketteerd- op een warmtematje. Die kun je in iedere zichzelf respecterende reptielenzaak kopen en ze gaan lang mee. Dit matje van 10 Watt levert 35 graden op in de koekjestrommel. Doordat de tabak gaat broeien schat ik in die gemiddeld op zo’n 50 graden uit zal komen, een ideale fermentatietemperatuur. Veel gemaakte fout is dat de tabak hermetisch wordt afgesloten. Om schimmels en andere narigheden te voorkomen misschien fijn, maar de tabak zal ook het ‘afval’ van de processen die het ondergaat kwijt moeten. Vandaar het ‘tafellaken’. Er kan ‘damp’ naar buiten. (In de zijkant van de trommel heb ik gaten gemaakt). Eventueel kun je het deksel ook nog iets openzetten.

En nu wachten. Probeer de verleiding te weerstaan om een kijkje te nemen. Laat de tijd zijn werk doen en over een paar maanden kun je zeggen dat je je eigen tabak rookt! Dan tenslotte de onvermijdelijke vraag:

“En wat kost dat nou?” 

Een warmtematje van dit kaliber kost maximaal 0,40 cent per week, dan staat het 24 uur per dag aan. De tabak is nog niet gewogen. Er had meer bij gekund, en er vallen ook wel wat nerven uit. Een ruwe schatting is 80 gram. Zeg twee pakken shag. 12x 0,40 Cent (3 maanden) = E 4,80 voor twee pakken shag. Vooruit. Tellen we er nog 1/10e Koffiekaatje bij = 0,70 cent. Afgerond dus drie euro per pak shag.

 

 

 

 

 

 

 

 

Comments are closed.

Post Navigation